Veehouders met piekbelasting, die hun bedrijf vrijwillig willen verplaatsen naar een locatie waar meer ruimte is voor landbouw, kunnen via de Landelijke verplaatsingsregeling veehouderijen met piekbelasting (Lvvp) subsidie krijgen voor de verplaatsing van het bedrijf. Ook is subsidie mogelijk voor een haalbaarheidsonderzoek. Deze is bedoeld voor veehouders, die wel plannen hebben voor een verplaatsing, maar eerst willen laten uitzoeken of dit (financieel) haalbaar is.
Budget en aanvraagperioden
Voor de verplaatsingsregeling is € 90 miljoen beschikbaar, voor het haalbaarheidsonderzoek € 15 miljoen. De subsidie voor het haalbaarheidsonderzoek kan aangevraagd worden van 2 december 2024 tot en met 30 mei 2025; de subsidie voor de bedrijfsverplaatsing in de periode 6 januari 2025 tot en met 30 november 2027. Voor beide onderdelen geldt dat aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst.
Piekbelaster
Er is sprake van een piekbelaster indien de stikstofneerslag van de veehouderijlocatie op een overbelast Natura 2000-gebied (stikstofvracht) 2.500 mol of hoger is. De stikstofvracht moet berekend worden met AERIUS Check op basis van het gemiddeld aantal dieren dat twee kalenderjaren voorafgaand aan het kalenderjaar van indiening van de aanvraag is gehouden en het huisvestingssysteem. Wanneer het gemiddelde aantal dieren in dit referentiejaar niet representatief is, kan worden uitgegaan van één of twee kalenderjaren voor dit referentiejaar. Bij een volièrestal of een melkveestal met een emissiearme vloer, waar de stikstofuitstoot hoger is dan gedacht, mogen andere gegevens bij de uitstoot van de stal gebruikt worden.
Waarvoor subsidie?
Bij de verplaatsingsregeling kan subsidie verkregen worden voor:
- de verhuizing van gebouwen, voorzieningen en dieren naar de nieuwe locatie (100%);
- de overname of vervanging van gebouwen op de nieuwe locatie, inclusief proceskosten voor bijvoorbeeld de notaris (maximaal 100%);
- de sloop van gebouwen op de oude locatie (100%, maximaal € 45 per m2);
- de modernisering van gebouwen en voorzieningen op de nieuwe locatie (65%, maximaal € 100.000; voor jonge landbouwers: 80%, maximaal € 100.000);
- de inhuur van onafhankelijke deskundigen (95%, maximaal € 25.000);
- niet subsidiabel is het gedeelte van de investeringskosten dat leidt tot een verhoging van de productiecapaciteit.
Voor het haalbaarheidsonderzoek bedraagt de subsidie 95% van de subsidiabele kosten, met een maximum van € 50.000.